zaterdag 10 mei 2014

Brief aan mezelf

Hallelujah, lieve Marie,

Daar zit je dan, in een bolletje gerold op je bed, met ergens in dat bolletje een laptop op je knieën. Je hebt zo’n legendarische kater dat het je zelfs niet lukt om te ontbijten of te douchen. Laat staan die stapel betogen op je tafel na te kijken. Het enige wat lukt, is volledig doorvoelen wat je vannacht met mojito’s en we-weten-niet-wat-nog-allemaal hebt proberen wegspoelen. Je voelt het vooral in je maag. En je hoofd wil schrijven. Ook je hart doet pijn, maar die pijn is veel subtieler en veel schrijnender.

Je hebt nog niet veel nuttigs gedaan vandaag. Behalve dat ene gesprek met die waardevolle vriendin dan. Die je zei dat het wel erg veel over jou ging, allemaal. Ze heeft gelijk. Je aandachtspanne voor anderen is zeer beperkt, omdat je maar als een rollercoaster door het leven blijft gaan en daarbij zoveel moet van jezelf. Al je duivels tegelijk aangaan. Vechten tegen intimidatie. Opnieuw durven houden van. Voorbereid voor de klas staan en elke dag beter worden. Huilen om je dode vader en geloven dat hij er tegelijkertijd nog een beetje is. De wereld redden. Schrijven om de wereld te redden. Leesbijeenkomsten organiseren om de wereld te redden. Elke oude liefde een mooie plek geven en aan die lenteschoonmaak geen boosheid, maar levenslessen overhouden. Je moet vrienden maken, vrienden steunen, vrienden spiegelen, vrienden die geen vrienden blijken te zijn loslaten. Uit een onvergeeflijke kater leren en nooit meer zo dronken worden….

Werkelijk waar. Je raast maar door al die dingen die je moet van jezelf en je blijft ze eindeloos benoemen. Het liefst som je ze op als je met anderen praat. ‘Kijk eens, hoeveel ik van mezelf moet en wat ik allemaal zo goed doe.’ Maar tegen jezelf zeg je niet vaak dat je het allemaal best goed doet. Laat staan in een brief. Dit dreigde alweer bijna een brief aan een sprookjesfiguur te worden. Of zelfs aan Kapitein Eenoog in z’n land van blinden. Een brief aan jezelf? Ho maar. Daar moest Huiverinkt zes jaar op wachten. Veel te griezelig. Nochtans weet je het. Dat je kwetsbaarheid je grootste geschenk is. Je grootste spiegel ook. Voor jezelf, voor anderen. Maar om nog zuiverder hierin te zijn, mag je minder moeten en meer mogen. Om jezelf te zijn, mag je vooral nog veel meer voelen.

Ik weet dat het zwaar is om alles te voelen. Gisteren kwam het kantelpunt in de storm. Die ene striemende hagelbui waarin je belandde, die je dwong om van je fiets te stappen en je volledig doorweekt thuis liet komen, maakte zoveel in je los dat je het niet wilde voelen. Je wilde janken, maar dat lukte niet omdat je het stiekem toch niet wilde. Toen wilde je drinken om te kunnen janken. Toen wilde je drinken om niet te janken. Je wist, in dat slimme hart van je, dat er nog een heftige avond zou volgen. Alleen op dat ene sprookjesfiguur had je niet gerekend, laat staan op zijn armen om je heen. Je wist dat het zou blijven stormen, maar had geen idee van de heftigheid daarvan. Je had de klok horen luiden, maar wist niet waar de kwepel hing.

Nu zit je hier. Het dondert in je maag. Niks van wat moet, kan nu. Een brief aan jezelf mag. Probeer het maar te voelen. Als de misselijkheid is weggezakt, herken je mij vast nog beter. Ik ben meer dan je pijn. Mijn naam is Marie en ik hou van je.

Liefs,
Marie


P.S. Zet maar even in je p.s. de waarheid: dat je dit soort legendarische katers gelukkig maar eens in de vijf jaar hebt. Dat mag en moet ook wel gezegd worden in deze openbare kwetsbaarheid.

P(eter).S. Die taalfout in 'aandachtsspanne' houden we erin.

2 opmerkingen:

Anoniem zei

Herkenbaar.... Bedankt voor je woorden.

Tiresias zei

Een dikke knuf voor jou. Ik zie erg graag wat je doet!

Populaire berichten