donderdag 27 mei 2010
Eten met vader
Ik heb voor het eerst gebiecht - bij mijn vader. Dit had niks zalvend: we dronken wijn, sneden gretig de roomkaas open en doopten ons brood in zuiderse sauzen. Vloekten terwijl als oude ketters. Toen kwamen er olijven, met een scheutje moederbloed dat wild tekeer gaat. We werden er even stil van. Maar makkers, paraat, daar komt een stuk wolf in wollige vacht gedrapeerd! Spits je oren en herken de fascistentred. Ik trok de graten uit mijn vis en luisterde aandachtig. Soms klinkt het inderdaad schuifelend, verraderlijk twijfelend. Als een blad dat zich loom in de wind omdraait. Maar wees niet kleurenblind. Pikzwart is alle kleuren tegelijk. Achtentwintig jaar. En voor het eerst een biecht. Tot aan de zware chocoladetaart beschreef ik het, wrong het tussen de wanhopige politieke verhalen. Hoe zwak ik ben geweest. Hoe moeilijk het was die wildgroei op papier te bedwingen. Maar nu staat het er, binnenkort wordt het in geurige inkt gedrukt. Een straffe koffie graag. We moeten waakzaam blijven.
donderdag 20 mei 2010
Facebookstatussen
Marie
- schrijft schrapt knipt zucht kraakt zoekt vindt schrapt schrijft zucht slaapt niet schrijft denkt knipt vindt schrijft...
- zou het fijn vinden als er mentale keizersnedes zouden bestaan om de moeilijke inktbevallingen wat vlotter te doen verlopen.
- voelt zich als een moedige Perzische prins die, in rafels gehuld, de laatste level binnentreedt en eindelijk kan uitroepen: "Kijk! Het slot ligt binnen handbereik!"
- moet nog een titel bedenken, maar is vastbesloten deze prikkelender te maken dan het vaalrode 'We moeten weer vooruit'.
Om maar even te verklappen dat het heus niet zo stil is als het lijkt te zijn. Maar niet alles is bedoeld voor Huiverinkt!
Tot later x
- schrijft schrapt knipt zucht kraakt zoekt vindt schrapt schrijft zucht slaapt niet schrijft denkt knipt vindt schrijft...
- zou het fijn vinden als er mentale keizersnedes zouden bestaan om de moeilijke inktbevallingen wat vlotter te doen verlopen.
- voelt zich als een moedige Perzische prins die, in rafels gehuld, de laatste level binnentreedt en eindelijk kan uitroepen: "Kijk! Het slot ligt binnen handbereik!"
- moet nog een titel bedenken, maar is vastbesloten deze prikkelender te maken dan het vaalrode 'We moeten weer vooruit'.
Om maar even te verklappen dat het heus niet zo stil is als het lijkt te zijn. Maar niet alles is bedoeld voor Huiverinkt!
Tot later x
woensdag 12 mei 2010
Voor een keer krijgt het geen naam.
Het is vooral druk in het hoofd. Het krioelt er van de mieren. Niet erg, zoemt het, niet erg. En dan plots op schrille hoogte in de nok van je schedeldak een vraag. Wat als de bloesems uitblijven? (Of zijn ze alweer weg en zag ik ze niet omdat ik te veel praatte?) Wie strooit er zout op het pad, houdt het bewandelbaar als het koud is? Vertrouw op je intuïtie, zeggen ze, behalve als ze overstuur is. Hoe je dat weet? Dat merk je wel. En als je echt niet meer kan remmen, knal dan tegen een boom. Er komt vast iemand om de schors uit je haren te vlooien, je dode ogen te openen, je stramme benen te sluiten.
Of nee. Laat maar. Verdwijn tussen de komma’s en wacht in de kromming op een dag die er staat. Strak als een uitroepteken ! Een dag met een neus voor de feiten en een lange arm. Tussen zijn vingers worden angsten fijngewreven, dood gevijzeld.
Of nee. Laat maar. Verdwijn tussen de komma’s en wacht in de kromming op een dag die er staat. Strak als een uitroepteken ! Een dag met een neus voor de feiten en een lange arm. Tussen zijn vingers worden angsten fijngewreven, dood gevijzeld.
zondag 9 mei 2010
Iedereen blogt. U leest?
Het is een heuse epidemie, dat bloggen. Ook Charlotte heeft sinds kort een blog. Ook zij nam de moedige beslissing om een vaste job eventjes niet als het hoogste goed te zien. Ze maakt binnenkort een grote reis door Afrika, de plek waar al jaren een deel van haar hart ligt. Daar zal ze zich inzetten voor allerhande mooie projecten. Ik hoop dat de blog de plek zal zijn waar we over haar dromen, inzet en verwezenlijkingen kunnen lezen. Dus breng haar eens een virtueel bezoekje, dat voert de druk wat op. :-)
En nog nieuws van dichtbij: Elise maakte een nieuwe blog aan en schrijft daar verder...
En nog nieuws van dichtbij: Elise maakte een nieuwe blog aan en schrijft daar verder...
donderdag 6 mei 2010
Wodka en baardharen
Hijgend ploffen ze hun propvolle tassen op de bank. Fijn toch, dat die trein naar Oostende wil wachten op de grote broer uit Nederland. Dat is nou eens typisch, lief Belgisch. Ze zoeken adem om verder te kunnen praten. Na die paar jaar begint Gent bijna net zo thuis te voelen als Amsterdam, hoor ik hen zeggen. Mijn zwellende hart voelt zich stilzwijgend verbonden. Al is het een omgekeerde reis, ze is op veel vlakken gelijk. Het ene meisje vraagt aan het andere of ze die Irish pub kent aan het water. Aan de achterkant van de Fnac. En dat het eten zoveel duurder is. Kwetter kwetter kwater.
Vijf minuten later zwaaien beide helften van de treindeur open. Een lange man valt in één beweging op het stoeltje tegenover mij. Ik bespeur een dranklucht. Het gangpad scheidt hem van de twee dames, meer dan schaamte alvast. Want meteen staart hij hen aan als een holbewoner die twee marsvrouwtjes uit de hemel zag vallen. Zijn adamsappel gaat driftig op en neer. Met zijn vingers tokkelt hij op zijn groezelig houthakkershemd. Plots kijkt hij mij aan. Ik duik weg achter mijn boek. Pfieuw, hij lijkt zijn woorden in te slikken. Over de bladrand verschijnen twee waterige ogen en rode kaken met grote poriën. Hij lijkt een beetje op Raymond Van het Groenewoud. Maar dan ros, verslaafd en erg versleten. De plaatsvervangende schaamte groeit gestaag.
De conducteur komt langs. Hij moet de man op zijn schouder tikken, aangezien deze opnieuw volledig gebiologeerd naar vier Hollandse tieten aan het kijken is. De man protesteert. “Ge hebt mij toch zien zwieren in Baaarchem, he menier. Get mij niet gezien, maar ik goni bijbetalen want keb naar u gezwierd.” Het luchtje en de dubbele tong lijken in zijn voordeel te werken. De conducteur ruikt onraad en laat de man snel drie euro betalen, zonder meerkost. Hij werpt een snelle blik op de gele kaartjes van de meisjes, vergeet mijn ticket te vragen en maakt zich snel uit de voeten. Angsthaas. Niet hij, maar zij en ik zitten ermee!
Het ouwehoeren gaat ondertussen onverstoord verder. Plots trekt het stevigste meisje de rits van haar tas open. Ze graait een flesje wodka uit de onderkant van de tas en toont het ding gniffelend aan haar vriendin. “Dan hoeven we morgen geen geld uit te geven.”
De ogen van de man groeien. Het getokkel wordt net als zijn ademhaling heviger. Ik hou mijn hart vast. Plots roept hij “Weeral zat vandenavond!”. De meisjes kijken hem perplex aan. “Excuseer”, zegt de stiltste, “sou u dat nog een keejtje villen herhalen?” Ik word kleiner, kleiner, kleiner. Met de achterkant van mijn treinbiljet in de aanslag, zoek ik haastig naar een pen in mijn handtas. Ik schrijf liever dan te tolken. “Weeral zat vandenavond!!!!!” brult de man nog een keer. Het getokkel houdt even op. De meisjes zoeken elkaars blik, nog steeds onbegrijpend. “Dat belooft wat voor vanavond, denk ik” fluistert de magere. “Oh, zulke wilde plannen hebben we niet hoor!” antwoordt haar reisgezel vrolijk. De trein remt. Dronkenman stapt uit. De meisjes praten weer verder over winkelprijzen. De man heeft blijkbaar geen enkele indruk nagelaten.
De stevigheid van hun cocon verbaast me meer en meer, dus ik pen naarstig de spraakverwarring neer, teken dan een snor en de diepe lijnen tussen zijn neusvleugels en mondhoeken. Opgelucht haal ik adem. Tot ik mijn nieuwe overbuurman opmerk, die tijdens mijn schriftelijk verwerkingsproces moet zijn opgestapt. Hij is donker en heel erg groot. Hij trekt een baardhaar uit zijn linkerkaak, terwijl hij me strak aankijkt. Dan glijdt zijn hand naar de rechterwang. Ook daar trekt hij met geweld een haar uit zijn huid. Ik sla mijn ogen neer. Hij herhaalt de handeling. Nog eens. Agressiever. Nog eens. Harder. Van Sint-Niklaas tot Gent. En hij weet maar al te goed hoe dwangmatig hij dit doet. Hoe ik het zie. Hoe hij weigert te stoppen. Omdat hij het recht denkt te hebben. En eigenlijk ook heeft.
Vijf minuten later zwaaien beide helften van de treindeur open. Een lange man valt in één beweging op het stoeltje tegenover mij. Ik bespeur een dranklucht. Het gangpad scheidt hem van de twee dames, meer dan schaamte alvast. Want meteen staart hij hen aan als een holbewoner die twee marsvrouwtjes uit de hemel zag vallen. Zijn adamsappel gaat driftig op en neer. Met zijn vingers tokkelt hij op zijn groezelig houthakkershemd. Plots kijkt hij mij aan. Ik duik weg achter mijn boek. Pfieuw, hij lijkt zijn woorden in te slikken. Over de bladrand verschijnen twee waterige ogen en rode kaken met grote poriën. Hij lijkt een beetje op Raymond Van het Groenewoud. Maar dan ros, verslaafd en erg versleten. De plaatsvervangende schaamte groeit gestaag.
De conducteur komt langs. Hij moet de man op zijn schouder tikken, aangezien deze opnieuw volledig gebiologeerd naar vier Hollandse tieten aan het kijken is. De man protesteert. “Ge hebt mij toch zien zwieren in Baaarchem, he menier. Get mij niet gezien, maar ik goni bijbetalen want keb naar u gezwierd.” Het luchtje en de dubbele tong lijken in zijn voordeel te werken. De conducteur ruikt onraad en laat de man snel drie euro betalen, zonder meerkost. Hij werpt een snelle blik op de gele kaartjes van de meisjes, vergeet mijn ticket te vragen en maakt zich snel uit de voeten. Angsthaas. Niet hij, maar zij en ik zitten ermee!
Het ouwehoeren gaat ondertussen onverstoord verder. Plots trekt het stevigste meisje de rits van haar tas open. Ze graait een flesje wodka uit de onderkant van de tas en toont het ding gniffelend aan haar vriendin. “Dan hoeven we morgen geen geld uit te geven.”
De ogen van de man groeien. Het getokkel wordt net als zijn ademhaling heviger. Ik hou mijn hart vast. Plots roept hij “Weeral zat vandenavond!”. De meisjes kijken hem perplex aan. “Excuseer”, zegt de stiltste, “sou u dat nog een keejtje villen herhalen?” Ik word kleiner, kleiner, kleiner. Met de achterkant van mijn treinbiljet in de aanslag, zoek ik haastig naar een pen in mijn handtas. Ik schrijf liever dan te tolken. “Weeral zat vandenavond!!!!!” brult de man nog een keer. Het getokkel houdt even op. De meisjes zoeken elkaars blik, nog steeds onbegrijpend. “Dat belooft wat voor vanavond, denk ik” fluistert de magere. “Oh, zulke wilde plannen hebben we niet hoor!” antwoordt haar reisgezel vrolijk. De trein remt. Dronkenman stapt uit. De meisjes praten weer verder over winkelprijzen. De man heeft blijkbaar geen enkele indruk nagelaten.
De stevigheid van hun cocon verbaast me meer en meer, dus ik pen naarstig de spraakverwarring neer, teken dan een snor en de diepe lijnen tussen zijn neusvleugels en mondhoeken. Opgelucht haal ik adem. Tot ik mijn nieuwe overbuurman opmerk, die tijdens mijn schriftelijk verwerkingsproces moet zijn opgestapt. Hij is donker en heel erg groot. Hij trekt een baardhaar uit zijn linkerkaak, terwijl hij me strak aankijkt. Dan glijdt zijn hand naar de rechterwang. Ook daar trekt hij met geweld een haar uit zijn huid. Ik sla mijn ogen neer. Hij herhaalt de handeling. Nog eens. Agressiever. Nog eens. Harder. Van Sint-Niklaas tot Gent. En hij weet maar al te goed hoe dwangmatig hij dit doet. Hoe ik het zie. Hoe hij weigert te stoppen. Omdat hij het recht denkt te hebben. En eigenlijk ook heeft.
Uitslag poll 9: de financiële crisis
Poll 9 is met zestien stemmen veruit de minst populaire poll uit de geschiedenis van Huiverinkt. Een overload aan crisisnieuws misschien? Eén vierde van de stemmers gaf in ieder geval aan vooral in contact te komen met de crisis via de media. Een ander kwart is zelf niet ongespaard gebleven. Twee mensen kregen zelf een behoorlijke klap en de meerderheid (6 stemmen of 37 procent) kent mensen die een behoorlijke klap hebben gekregen.
Eigenlijk wou ik een poll starten over de nakende verkiezingen. Maar aangezien jullie zo beperkt gebruik hebben gemaakt van jullie stemrecht bij de vorige poll, zal ik het over een andere boeg gooien! Mijn volgende poll draag ik volledig aan één boek op.
(Tussen haakjes wil ik toch even vermelden dat ik erg kwaad word van de wind die nu waait wat betreft de nakende verkiezingen. Uit protest niet stemmen? Een nutteloos statement. Huiverinkt hoopt dus dat u naar het stemhokje loopt…)
Eigenlijk wou ik een poll starten over de nakende verkiezingen. Maar aangezien jullie zo beperkt gebruik hebben gemaakt van jullie stemrecht bij de vorige poll, zal ik het over een andere boeg gooien! Mijn volgende poll draag ik volledig aan één boek op.
(Tussen haakjes wil ik toch even vermelden dat ik erg kwaad word van de wind die nu waait wat betreft de nakende verkiezingen. Uit protest niet stemmen? Een nutteloos statement. Huiverinkt hoopt dus dat u naar het stemhokje loopt…)
Dappere Peter
Er zijn keuzes van anderen waar je als 'hobbyeske' schrijver alleen maar respect voor kan hebben. Ik bewonder mensen die, ondanks lange werkdagen en ander labeur, toch nog de tijd vinden om regelmatig te schrijven. Nog meer bewonder ik mensen die het hart laten doorwegen op het hoofd, de moed op de zekerheid, het idealisme op de gelatenheid. Mensen die hun baan gedeeltelijk opzeggen om voor broodnodige media zoals het tijdschrift Mo te schrijven. Succes, Peter! Laat die inkt maar vloeien, stromen, overweldigen!
Abonneren op:
Posts (Atom)
Populaire berichten
-
Woord vooraf: Deze brief kreeg de meeste reacties ooit op Huiverinkt, maar nooit een antwoord van de geadresseerde. Uiteraard werd ik op Gee...
-
Bepakt met een tas vol poëzie verliet ik gisteren de pendelbus die me naar het festivalterrein van het uitverkochte Beyond-festival in...
-
Lieve papa, Je weet dat het voor mij niet moeilijk is om woorden te vinden. Wel om ze te schrappen. Wat vertel ik nu? Voor een...
-
Op mijn bureaublad staan twee gedichtenmappen: 'Klaar ofzo' en 'In progress'. Spijtig genoeg is de laatste map veel groter d...