Ze kijkt voorzichtig om de hoek.
Aan de tegels kleven voeten.
De aders op haar armen blauw
als de televisie. Een stoel schoof op.
Hij houdt zijn ogen dicht. Check.
Hoewel hij weet dat zij er is. Check.
Ze wantrouwt dit en tikt hem op de schouder.
Legt het in zijn hand. Wijst het draadje aan.
Ze zegt: ‘Dit is kapot gegaan toen ik de trap afkwam.
Nu is het als verkleinwoorden: nutteloos.
In bad is er een vlinder gestorven.
Wil jij voor mij naar boven gaan?’
vrijdag 24 april 2009
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Populaire berichten
-
Woord vooraf: Deze brief kreeg de meeste reacties ooit op Huiverinkt, maar nooit een antwoord van de geadresseerde. Uiteraard werd ik op Gee...
-
Bepakt met een tas vol poëzie verliet ik gisteren de pendelbus die me naar het festivalterrein van het uitverkochte Beyond-festival in...
-
Lieve papa, Je weet dat het voor mij niet moeilijk is om woorden te vinden. Wel om ze te schrappen. Wat vertel ik nu? Voor een...
-
Op mijn bureaublad staan twee gedichtenmappen: 'Klaar ofzo' en 'In progress'. Spijtig genoeg is de laatste map veel groter d...
4 opmerkingen:
sterk
oeoeoeoe.... *enthousiast*
heel mooi!!
Mooi omarmd in de laatste strofe!
Bedankt, dame en heren. Het voelt nog niet af aan. Maar een beetje begrijpelijke poëzie lijkt nodig om beide schrijversbenen op de grond te krijgen...
Een reactie posten