Je kan beweren
dat het zinloos is om te stemmen omdat de politiek apolitiek is geworden. Toch kleur
ik morgen liever een bolletje in de linkermarge dan dat ik de eerste mogelijkheid
om mee te doen aan de Amsterdamse gemeenteraadsverkiezingen aan me voorbij laat
schieten. Nog lastiger dan dat: mogen we kiezers ook apolitiek noemen?
Veel van mijn vrienden
stemmen immers op gedachtegoed dat ze zelf dagelijks ondermijnen en dan niet
bepaald op onvermijdelijke wijze. Laten we de Amsterdamse woningkwestie als voorbeeld
nemen. Kan je echt serieus adviseren om op SP te stemmen als je zelf je sociale
huurwoning tegen een woekerprijs onderverhuurt en op die manier bijdraagt aan
het tekort in betaalbare woningen? Kan je pleiten voor meer sociale woningen
als je bij de woningbouw verzwijgt hoeveel je de laatste vier vette jaren hebt
verdiend? Is je stem nog sociaal als je kiest voor de PvdA, die dit weekend zelfs
het Belgische nieuws haalde met het absurde voorstel naar de nationaliteit van
de huurder te kijken? Pijnlijk voor de Oost-Europeaan op zijn twaalf vierkante meter! Minstens even pijnlijk voor een partij die haar eigen wortels uittrekt.
Laat ze eens speuren naar de waarschuwingen die sterren uit vroegere
(licht)jaren sturen.
En kijk als
kiezer goed in de spiegel. Want ook dit bedoelde ik met de eigen
verantwoordelijkheid in het flink gedeelde stuk ‘Een generatie in de schuldsanering’.
Dit is veel concreter dan het problematische begrip ‘participatiesamenleving’
en ook meer dan daadwerkelijk werk zoeken als je dat nodig hebt en gezond bent.
Zeker meer dan als student niet op verzonnen geld en veel te brede voet leven. Het
betekent ook zoveel mogelijk hypocrisie bannen, je inlezen in de actualiteit en
leren uit het verleden. Eventjes naar binnen loeren voor je luid gaat roepen.
Al kan het elke
dag beter, toch vecht ik tegen de betutteling door kieskeurig rebels te
blijven. Zo zal ik braaf de dubbele belastingen betalen op de erfenis van mijn
vader, maar niet zonder daar een duchtig woordje over te schrijven in de hoop
het bespreekbaar te maken. En ja, ik spendeer de helft van mijn loon aan een Amsterdamse
huurwoning in de vrije sector. Als West-Europeaan die
het nog nét kan betalen en graag recht van spreken heeft. Toegegeven, deze strenge
houding is soms zwaar. Bij elke mening over de bankencrisis knaagt er een
stemmetje omdat mijn spaarcenten nog steeds niet overgeheveld zijn naar een
bank die het verdient ons geld te bewaken. Ik eet wel aanzienlijk minder vlees, scan duchtig
barcodes en probeer wat ik weet in mijn lessen te vertellen.
Wat het morgen wordt?
Geen GroenLinks, dat te veel van haar geloofwaardigheid verloor. Geen D66,
omdat je het middensegment geen dienst bewijst door sociale huurwoningen 'hocus pocus' in duurdere woningen te veranderen. Niet op kap van de armen,
alsjeblieft. Niet met het masker van de hypocrisie.
Ik stem morgen op
een lijst, omdat ik geen enkele inspirerende politicus sprak. In de kantlijn,
omdat we nu eenmaal nog even in de zure appel moeten bijten en gevestigd links
zich op veel fronten moet bezinnen. Ik vind de Piratenpartij wel sympathiek.
Transparantie voor de overheid en bescherming van het internet. Maar kan een
openhartige ijdeltuit als ik wel echt voor de privacy van burgers pleiten, als
ze zelf zoveel mogelijk taboes bespreekbaar wil maken? Twijfel.
De warme
taal van Amsterdam Sociaal is bemoedigend. Dat deze partij voor het complexe prostitutiebeleid
naar de hoeren zelf luistert, vind ik een dikke plus. Ik heb mijn handen al vol
met mijn eigen strijd om zelf niet te veel de hoer van het systeem te zijn. Amsterdam
Sociaal neemt een luisterende houding aan. En gaat uit van eigen kracht en een glimlach,
dat mag.
Ik probeer de
basisideeën die ik geloof niet te veel te ondermijnen. Ik stem omdat ik
inspraak nog belangrijker vind dan passief mijn desillusies te uiten. Maar voor ik
dat doe, lees ik zo nog drie partijprogramma’s. Van de Piratenpartij, Amsterdam
Sociaal en de Basis Inkomen Partij. Als die er alle drie rare ideeën op nahouden
die niet verenigbaar blijken met mijn principes, dan stem ik niet. En dan ben ik de volgende keer misschien zelf wel verkiesbaar. Om te kunnen praten
over (a)politieke impasse. En voluit te gaan voor basiswaarden als solidariteit,
tolerantie en een fijn spiegelbeeld dat slinks knipoogt.
1 opmerking:
Hear hear Marie, passievol gesproken!
Een reactie posten